Press ESC to close

Gemotiveerd blijven (tijdens een pandemie). Van zelf-coaching naar coaching door te organiseren.

 

Op het terras, bij de bed & breakfast, in Limburg, een halve borrelplank voor twee. Het leven. Net even los gelopen als start van mijn derde trainingskamp dit seizoen, mijn tweede in Limburg. Dat zijn al SOLO trainingskampen sinds altijd. Heeft niets met een lockdown of pandemie te maken, maar met een persoonlijke voorkeur (en een scheiding).
Dit weekend zou de eerste race van het seizoen zijn, een driedaagse hele triathlon: het Long Course Weekend. Ik deed die al eerder in september 2020 en heb genoten. Dat wilde ik nog een keer, dus dat doe ik nog een keer. Of het evenement nu wel of niet door gaat. Vandaar dat ik de laatste hand aan dit blog leg op een terras in Beesel.

In eerste instantie zou dit een blog worden over hoe ik mezelf coach, maar die heb ik al geschreven (zie hier en hier). Daarna overwoog ik een post over beweegredenen en motiveren, maar dat staat ook al her en der in flarden op mijn site (ik maak daar ooit wel een samenhangend verhaal van). Kortom, een blog zonder echt doel, zonder richting, gewoon een log van mijn voorjaar. Op het web. Een weblog dus.

Laat ik weer eens beginnen bij het einde: door het organiseren van de Zoomman/woman en de reacties erop heb ik echt zin het seizoen. Ik heb gewoon mijn eigen seizoensopener gecreëerd en stimuleer mijzelf zo, door anderen mee te laten doen. Met als bonus wat creatief werk om het georganiseerd te krijgen en het schrijven voor de website.

Soms heb ik moeite om mezelf te bewegen, mezelf te motiveren dus. Ik schreef al eerder over een dipje dat wat langer duurde en hoe ik daar uit kwam. Die tips die ik na wat reflectie voor mezelf opstelde werken echter niet als je zaterdagochtend gewoon niet uit je bed kan komen, of als de fles wijn nog net één glas bevat dat aantrekkelijker is dan de Zwiftwedstrijd. Ik heb voor dat soort situaties helaas geen oplossing, geen tips, geen gele bananen. Ik kan slechts beschrijven hoe ik me daar doorheen sla. Het gaat meestal namelijk gewoon over.

Laatst vond ik mezelf op een onbewaakte maandagochtend ineens voor de tv in mijn luie stoel. Er stond correctiewerk en een duurloopje op het programma, maar ik zocht op Youtube naar de video’s van Embrunman en Norseman. Dat had ik nodig om door te kunnen. Grote doelen, mooie plaatjes, ideeën. Het duurloopje en het correctiewerk is uiteindelijk gedaan. Moraal van deze passage is aan de lezer.

Ondertussen heb ik tussen het jaaroverzicht van Strava en de blog naar aanleiding daarvan, alweer een hoop tabelletjes en grafiekjes gemaakt. Veel ervan zullen de website niet gaan halen. Er is geen conclusie uit te trekken of de gegevens zijn achterhaald. Waarom dan toch? Ten eerste is de activiteit van het analyseren leuk. Nadenken hoe je gegevens met elkaar in verband kunt brengen of niet en te zien dat dat iets oplevert, of niet. Bovendien leidt dat analyseren, of eigenlijk dieper willen kunnen analyseren, niet zelden tot een trainingssessie om data te verzamelen. Win-win dus, of beter train-train. En dat is nog niet alles. Om te analyseren lees ik het hele interweb uit over duurtraining. Ja echt, ik heb het bijna uit, denk ik. Zo ontstond weer een lijstje met software die ik uit wil proberen, nieuwe schoenen die ik wil kopen, een powersensor voor het lopen die ik nodig heb en vooral ideeën en inspiratie om trainingen te verbeteren. Voor mezelf en voor anderen.
Als voorbeeld van bovenstaand schijnbaar doelloos geanalyseer hieronder een analyse van mijn voorjaren in 2020 en 2021, met daarin dus ook de lockdown verwerkt.

Eerst de wat kille globale cijfers tussen carnaval en pasen (uren, snelheid, vermogen, en de continuous training load (CTL, zie verder)). Die periode is namelijk elk jaar even lang en zo’n beetje de start van mijn intensievere trainingsfase. Wel viel carnaval vroeg dit jaar (2021).

De harde cijfers van voorjaar 2020 (links) en 2021.

De verschillen zijn erg klein. Wat vooral opvalt is dat ik minder lijk te trainen (in aantal uren in de gekozen weken); dat mijn fietsvermogen wat hoger ligt (die 282 W moet een meetfout zijn); dat mijn looptempo iets lager ligt. Kortom, weinig verschillen tussen ’20 en ’21.

Dan een voorbeeld van een mislukte analyse, een grafiek met bijna dezelfde horizontale golvende lijnen.

Mooie, bijna gelijke lijnen.

In de grafiek staan wat biomedische gegevens, elke kleur is een variabele (gewicht, pols, heart rate variablity (HRV: een maat voor herstel), CTL). Ik had de veronderstelling dat ik dit jaar eerder en sneller naar een piek toe ging. Niet dus, op basis van deze cijfers althans. Maar ik voel me wel weer fitter dan ooit, maar dat zei ik vorig jaar ook.

Waar gaat dit heen, behalve naar dataverzamelen en verwerken? Als onderzoeker en onderzoeksbegeleider zou ik zeggen: “naar inzicht en gevoel voor de data.” Bijkomend voordeel voor de atleet, een link tussen dat gevoel en de data: je leert de lichamelijke sensatie bij een getal te herkennen.

Toch denk ik toch, net als elk jaar sinds 2017, dat ik dus sterker ben. Hoe zou ik dat nu kunnen zien? Ineens wist ik het: ik moet niet inzoomen (specifieke datapunten met elkaar vergelijken), maar uitzoomen (de hele dataset bekijken). Mijn aha-erlebnis hierover kwam doordat ik laatst zag dat een atleet die ik coach een hogere CTL heeft dan ik. De continuous training load (CTL) wordt door Trainingpeaks gedefinieerd als:

“Fitness (CTL) is an exponentially weighted average of your last 42 days of training stress scores (TSS) and reflects the training you have done over the last 6 weeks. However, the workouts you did 15 days ago will impact your Fitness more than the workouts you did 30 days ago.”

Kort gezegd: een maat voor je fitheid van de laatste zes weken.

Dat de atleet een hogere CTL heeft dan ik, kan van alles betekenen, maar een beetje vreemd was het wel. Hij traint nog geen jaar serieus voor een kwart en ik al meer dan drie jaar voor halve en hele triatlons. In een eerder blog schreef ik al dat CTL niet een heel handige maat is om je seizoenen te vergelijken. CTL is namelijk relatief en aangezien het over de laatste zes weken van één persoon gaat , kun je niet heel goed personen met elkaar vergelijken.
Maar hoe kan dat dan? Eigenlijk is het heel eenvoudig: hij traint langzaam aan steeds langer en heftiger, ik niet. CTL kijkt namelijk naar hoe zwaar je het heb de afgelopen weken; het is geen norm waaraan je je kunt spiegelen. De atleet heeft de laatste weken dus meer gedaan dan de weken ervoor; er zit een ‘steilere’ opbouw in zijn trainingen. Ik draai iets meer op routine; mijn lijn omhoog is minder steil. (Zie de onderstaande grafieken.)
Voor mij is het dus lastiger om zwaarder en meer te trainen, dat wat een CTL sterk omhoog doet gaan. Kortom: ik train al langere tijd intensiever en meer.
En hoe zou je dat nu kunnen zien? Het is eigenlijk heel simpel als je het door hebt…. door te zien hoe vlak de lijnen ten op zichte van periodes zijn.

De mislukte analyse met die vlakke lijnen hierboven zou je dus het bewijs kunnen noemen dat ik beter ben geworden OMDAT ze vlakker zijn. Maar er is een mooiere grafiek in Trainingspeaks. De blauwe lijn met het grijs gearceerd gebied eronder in onderstaande grafieken geeft mijn CTL aan van 2020 en 2021. De eerste twee gaan van januari tot juni.

CTL van voorjaar 2020

CTL van voorjaar 2021

Wat dan in ‘steilheid’ opvalt is dat er in mijn CTL minder (diepe) dipjes zitten; de lijn loopt in 2021 vlakker omhoog. Als we nog iets verder uitzoomen zien we dat nog beter. Onderstaande periodes zijn van half september (laatste wedstrijd) tot juni (normaal ongeveer de eerste wedstrijd).

Tussenseizoen ’19-’20

Tussenseizoen ’20-’21

Aan de roze en gele lijnen is ook te zien dat ik minder uitschieters heb. Roze is de vermoeidheid, geel de ‘vorm’; eigenlijk het omgekeerde van roze. Uitschieters in ’19-’20 zijn heftiger: boven de 700 na de hele van Almere, tot 12 een paar weken daarna. In ’20-’21 zijn die 132 en 17. Je ziet ook dat carnaval later viel en in ’20 een korter heftiger piek had. Eigenlijk denk ik nu dat het oppervlak onder de CTL-lijn misschien wèl een goede vergelijking tussen jaren/seizoenen zou kunnen zijn. Daar moet ik eens een wiskundige naar laten kijken.


Superinteressant allemaal, maar ik kan er niet veel mee, dan tevreden zijn dat ik een voor mij passende wijze heb gevonden van trainen en die trainingen over een periode handig verspreiden. Voor dit inzicht had ik dus een ander nodig. Of sterker nog, ik kon hier slechts achter komen doordat ik een ander coachte. Hoe zelf-coaching (’19-’20) dus via een ander coachen (sinds zomer ’20) toch ook weer zelf-coachen is en dat kan helpen bij anderen coachen…..

En zo ben ik ook weer bij het begin, waar ik begon met het einde. Die Zoomman/woman.
Die uitdaging wilde ik in eerste instantie voor mezelf opzetten, om een meetpunt te hebben mezelf op gang te schieten. Toen dacht ik:”Wacht eens even, dat kan ook voor mensen die ik coach en wacht nog eens even, zo kan ik meteen een marketingmachine aanzwengelen.” Voor ik het wist zat ik diep in de marketingtheorieën. Pirate tunnel metric spreadsheets, nurturing. Heerlijk, daar ga ik later nog wel eens op in. Vervolgens deed ik gewoon wat me leuk leek en bleek dat te passen in een model (zoals dat heel vaak gaat met goede modellen). Nu maar hopen op een goede conversion rate.

Hoe dan ook, ik raak lekker enthousiast van anderen die enthousiast zijn. Daardoor liep ik weer een rondje extra om het parcours te checken, keek ik weer naar de wedstrijden die er nog zijn en welke ik wil doen en golven mijn beweegredenen en motivatiedipjes tussen de trainingspieken door. En daar schrijf ik dan zo nu en dan weer over. Repeat.

 

Martijn van Schaik

Sinds 2017 training ik weer intensiever voor (1/2 en hele) triathlons. Die ervaringen deel ik graag, aangezien ik van oorsprong ook gymleraar ben. Via Bananenwinkel.nl verkoop ik beweegredenen en uiteraard ook trainingschema's. Daarnaast organiseer ik ook bijvoorbeeld de Zoomman/woman

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *